Roerende zaakbelasting (RZB) is een gemeentelijke belasting op roerende woon- en bedrijfsruimten. Roerende woon- en bedrijfsruimten zijn ruimten die duurzaam aan een plaats verbonden zijn en dienen tot permanente bewoning of gebruik. Voorbeelden hiervan zijn woonschepen. De inkomsten van de RZB vallen in de algemene middelen van de gemeente. Dit betekent dat de gemeenteraad bepaalt voor welke voorzieningen de opbrengsten worden ingezet.
Voor wie?
De roerende zaakbelasting bestaat uit 2 soorten belasting: een eigenaren- en een gebruikersbelasting. De eigenarenbelasting wordt opgelegd aan degene die op 1 januari van het belastingjaar bij het Kadaster geregistreerd staat als eigenaar van de woon- of bedrijfsruimte. De gebruikersbelasting wordt opgelegd aan degene die op 1 januari een roerende bedrijfsruimte gebruikt; gebruikers van woningen betalen geen RZB.
Hoogte van de aanslag
De gemeente stelt jaarlijks voor zowel de eigenarenbelasting als de gebruikersbelasting een percentage van de waarde vast. Dit percentage bepaalt de hoogte van de aanslag RZB. Als u in de loop van het jaar de huur opzegt of het pand verkoopt, moet u toch voor het hele jaar RZB betalen. Bij de verkoop van woningen zorgt de notaris er vaak voor dat de RZB wordt verrekend met de nieuwe eigenaar.